De Big Mac index
Zoals velen van jullie (en Ramon de Klein zeker) wel weten bestaat er zoiets in de wereld als de BIG mac index. Afijn de uitleg staat hier. Na bijna alle landen in Latijns America bezocht te hebben kom ik echter tot de conclusie dat er weliswaar grote prijsverschillen in levensonderhoud zijn in de verschillende landen, maar dat een Big Mac ™ overal ongeveer hetzelfde kost en dat de prijs ook niet zo gek veel verschilt van die in Europa. En alhoewel we normaal gesproken altijd op de Mac kunnen terugvallen durf ik dus te stellen dat voor het bepalen van je reisbudget de BIG mac index niet langer voldoet. Maar wanhoop niet, Ed zou Ed niet zijn als hij niet ook een oplossing voor het probleem zou weten. En aangezien ik nog een andere hobby heb dan hamburgers eten kan ik dus vol trots de enige index introduceren die er echt toe doet, nl. de greenfee index ™. En dan ziet het plaatje er ineens heel anders uit. Zo golfde ik in Uruguay 18 holes voor noppes (overigens alleen ’s maandags anders 92 dollar) en in Brazilië voor 180 dollar. In Costa Rica was de deuk in de knip 150 dollar en hier in Honduras bedroeg de schade 30 dollar voor 18 holes (alle prijzen incl. materiaalhuur). En dan krijg je er hiero ook nog gratis een caddy bij die de tas meezeult en je ongevraagd advies geeft. Goed, Uruguay is dus maandags eigenlijk niet te verslaan (of ze moeten je ergens geld toegeven om te golfen) maar voor slechts 30 dollar kun je hier dus in plaats van kogels golfballen om je oren laten suizen. Ik ga de greenfee prijzen nu wat scherper in de gaten houden, want ik denk dat ik eindelijk een macro-economische ontdekking van Nobelformaat heb gedaan.