Even een sprintje trekken

Read / lees in : English

Caprivi Game Park / Namibië
Lekker hoor zo’n BVO.

Ik bleef uiteindelijk veuls te lang in mijn appartement in Luanda wachten op de Argentijnen. Niet zo gek natuurlijk want na maanden baadde ik eindelijk weer eens in luxe. Zo was er onder andere een grote flatscreen aanwezig, waardoor ik weer eens mijn playstation kon afstoffen om Nathan Drake een handje te helpen met zijn avonturen. Maar op een gegeven moment moest ik toch echt de boel weer inpakken en verder rijden. Lucía zou namelijk via New York, waar ze nog even een vriendin zou opzoeken, naar Lusaka, de hoofdstad van Zambia, vliegen. En ik had beloofd haar van het vliegveld op te halen zodat ze niet alle spullen die ik bij Amazon had besteld in een taxi zou hoeven te proppen. Want zo ben ik dan ook wel weer. Dat betekende wel dat ik nog ruim twee en een half duizend kilometer moest afleggen én twee grenzen passeren in ongeveer twee weken tijd. Voor een gewone sterveling niet te doen natuurlijk, maar even een sprintje trekken daar draait een Ed zijn hand niet voor om!

Sluitingstijd

Caprivi Game Reserve / Namibië
Zul je altijd zien, als je haast hebt sterft het van de olifanten op de weg.

Op de derde dag na vertrek was ik aan het eind van de middag zelfs al bij de grensovergang Santa Clara/Oshikango met Namibië. Aangezien ik haast had besloot ik, ondanks dat het al donker begon te worden, om meteen maar over te steken. Aan de Angolese kant waren er echter wat probleempjes met het computersysteem. Volgens de dienstklopper die me hielp kwam dat omdat ik met mijn vingertjes aan de camera had zitten te prutsen. Uiteindelijk lukte het hem gelukkig toch om me uit te stempelen. Door het geopende hek rolde ik enkele ogenblikken later Namibië binnen, maar daar bleken toen alle loketten al gesloten. Ik ging op onderzoek uit en vond, ergens in de donkere aanpalende kantoren, de laatste nog aanwezige, en nogal gezette, officier. Die verklaarde dat de grens al gesloten was en hij me verder niet kon helpen omdat hij op tijd thuis moest zijn voor de warme prak. Hadden de Angolezen me maar niet door moeten laten, of zoiets.

In mijn armen

Kenneth Kaunda International Airport / Lusaka / Zambia
Wat je van ver haalt is het lekkerst.

Ik kon natuurlijk niet doorrijden, want dan zou ik illegaal in het land zijn. Het Marrakesh-pact was op dat moment ook nog niet getekend, en voor je het weet krijg je dan een bed, bad & brood aan je broek. Ik dreigde daarom dat ik dan mijn tentje wel voor zijn deur zou opzetten, zodat ze me de volgende ochtend konden inklaren. Terwijl ik bezig was mijn tent uit de auto te trekken riep hij me vanuit de deuropening naar zich toe. De computer werd aangezwengeld en nog geen half uur later zat ik in een hotelletje aan een potje bier en een schnitzel ter grote van een deurmat. De steaks van de braai waren er ook al zo goedkoop als ze loeizwaar waren dus het spreekt vanzelf dat ik meteen drie dagen bleef plakken. Toen moest ik pas echt even een sprintje trekken, want Lucía was haar koffer namelijk al aan het pakken. Maar de resterende zestienhonderd kilometer verliepen, afgezien van een haperende cilinder verder probleemloos. Zodoende hield ik onverwachts nog twee dagen in Lusaka over om de motor van de Edmobiel uit elkaar te laten halen. Beun heeft er maar liefst tien uur aan gesleuteld. Helaas bleek zijn diagnose, en daarmee ook de reparatie, verkeerd. Met de nog immer haperende cilinder spoedde ik op de grote dag richting het vliegveld om mijn pakketjes in ontvangst te nemen Lucía na zeven maanden weer in mijn armen te sluiten. Tenslotte trokken we samen nog een laatste sprintje naar het hotel om even lekker bij te kletsen.

Geef een reactie